Onlangs had ik een reünie van de zesde klas van de lagere school. Om meer te weten te komen, werd vooraf aan alle genodigden een vragenlijst gestuurd, waar je vragen over je leven kon beantwoorden. Eén vraag was, welke negatieve herinnering ik aan de schooltijd heb. Ik heb erover nagedacht, maar besloot hen te confronteren met het pesten, dat mij ten deel is gevallen. Ik was de kleinste van de klas en een gemakkelijk doelwit
Als reactie vroeg iemand mij of hij daar ooit aan had meegedaan. Nota bene de man, die ik absoluut niet verdenk ooit iemand te pesten.
Zijn vrouw was ook veel gepest en had er nog lang last van. Ze vertelde haar man, dat zij door die periode geen mensen meer durft te vertrouwen. Eigenlijk zegt ze daarmee, dat ze hem ook niet vertrouwde. Ik schrok daar erg van. Dat deze ervaringen op jonge leeftijd zo’n impact op haar leven hadden.
Je moet dat gebrek aan vertrouwen toch eens loslaten. Want het schaadt op geen enkele manier de pesters, maar alleen jou en de relatie met je naasten. Ik hoop voor haar en haar lotgenoten, dat ze dit ooit een plekje kan geven.
Ook na de lagere school ben ik gepest, maar ik heb deze situatie in mijn twintiger jaren om kunnen keren en heb zelfvertrouwen kunnen opbouwen. Een bevriende therapeut, die ik onlangs sprak en hem confronteerde met dit verhaal, begreep op dat moment waar mijn gedrevenheid vandaan kwam.
Onze generatie heeft gelukkig geen social media gehad, waar het pesten tot beroep verheven is en waar de pesters denken, dat ze in anonimiteit alles kunnen zeggen. Dat betekent echter niet dat de pijn minder is.
Gedurende mijn werk in een verzorgingshuis ben ik erachter gekomen, dat het pesten daar ook gebeurt. Zelfs op die leeftijd. Pesters zijn dus van alle tijden en leeftijden.
Geniet van de goede dingen van het leven. En . . . laat jouw verleden geen ‘pest’ worden, een voortwoekerende ziekte. ‘Vergeef het hen Heer, zij wisten niet wat ze deden’.
Gerard van Daalen, info@seniorenraad-westland.nl