De zoektocht naar overblijfselen van vlucht MH370, het vliegtuig dat boven de Indische Oceaan verdween, heeft nog niets opgeleverd. De autoriteiten in Maleisië, waar het toestel vandaan kwam, vrezen dat ze nooit met zekerheid zullen kunnen zeggen waar het toestel neerkwam en wat de exacte oorzaak is van de ramp.
Dat betekent niet dat de al drie jaar durende zoektocht naar het toestel voor niets is geweest. Het Institute Geoscience Australia, dat bij de zoektocht betrokken was, heeft dankzij de zoektocht grote delen oceaanbodem in kaart gebracht. Daarmee behoort de Indische Oceaan nu tot de best gecartografeerde stukken zeebodem ter wereld.
Zo hebben de Australiërs ontdekt dat de bodem van deze oceaan veel grilliger is dan eerst werd vermoed. Er lopen diepe groeven doorheen, omgeven door hoge vulkanische pieken. Dankzij de zoektocht werden meerdere onbekende onderwatervulkanen in kaart gebracht. Ook werden twee verdwenen schepen teruggevonden op de bodem van de oceaan. Maar geen onderdelen van MH370.
De vraag is dan ook of de Australiërs en Maleisiërs op de juiste plekken hebben gezocht. De zoektocht, die op een laag pitje nog altijd voortduurt, concentreert zich inmiddels op een gebied meer naar het noorden. De vraag is echter hoe lang er nog zal worden gezocht. Het scannen van de zeebodem is duur en technisch ingewikkeld. Wat dat betreft is het goed nieuws dat de wetenschap er ook van profiteert, dat maakt dat de kosten over meerdere departementen kunnen worden gedeeld.
Bij de ramp met MH370 kwamen 239 mensen om het leven, die van Maleisië naar China vlogen. Om nog onbekende reden keerde het vliegtuig halverwege de vlucht om en vloog terug naar Kuala Lumpur. Alleen landde het toestel daar niet, het bleef vliegen tot de brandstof op was. Daarna kwam het in zee terecht. De reden van deze manoeuvre is nog altijd onbekend. (bron: FAQT)