Fietsen zonder een centje pijn

Pijnloos fietsen begint bij de afstelling van zadel en stuur, zodat je in de goede houding zit. Maar hoe doe je dat?

Stuur
De juiste stuur­afstelling hangt af van de houding die je het liefst aanneemt tijdens het fietsen: rechtop of voorovergebogen. Bij een rechte ­houding komt het stuur hoog en dicht bij het zadel. Voor sportief fietsen komt het stuur laag en verder van het zadel af.
Stuurvorm
Je handen regel­matig van positie ­laten wisselen op het stuur is erg ­belangrijk om pijn en overbelasting te voorkomen. Gebruik hiervoor een multi-positie­stuur (bijvoorbeeld vlinderstuur) of een stuur met zogenaamde bar-ends (extra handgrepen).

Stuurbreedte
De maat van een stuur wordt gemeten vanaf het midden van de handsteunpunten. Maar wat is de goede maat? Als vuistregel moet een stuur minimaal even breed zijn als je schouders. Een breder stuur geeft meer controle tijdens het ­fietsen, maar zorgt ook voor meer luchtweerstand en is zwaarder om te hanteren.
Een smal stuur stuurt directer, maar geeft minder controle: het rijdt wat zenuwachtiger. Bij het afstellen van het stuur let je niet alleen op je polsen, maar ook op je onderarmen. Het stuur staat goed als je ­handen en onderarmen op één lijn staan. Dit is sneller het geval bij een licht gebogen stuur.
Zadel
Het zadel staat goed als je met een ­gestrekt been net met je tenen bij de grond kunt komen. Kun je je voet plat op de grond zetten, dan staat het zadel te laag. Voel je je ­bekken van links naar rechts schuiven ­tijdens het fietsen, dan staat het zadel te hoog.
Houding
Als je de juiste fietshouding aanneemt, dan vormt je wervelkolom een lichte S. Je hebt dan een beetje holle rug en je bekken staat ook meteen goed. Dat geldt voor beide zithoudingen: gewoon rechtop ­fietsen en ‘sportief’ voorovergebogen.

(bron: Plus Magazine)